We zitten aan de keukentafel met uitzicht op de eekhoorns die van de pinda’s snoepen. Ik wil net een slokje nemen van mijn vijf-uur-wijntje als de telefoon gaat.
Ik ben blij verrast als ik aan de andere kan hoor dat er een oud-collega zijn naam roept. Een collega waar ik het altijd goed mee kon vinden. Jonger dan mijn kinderen, serieus met het sales-vak bezig en ambitie tot meer. Iemand die altijd vrolijk was en in voor een plagerijtje.
Terwijl we over en weer uitwisselen hoe het gaat dringt een vraag in mijn hoofd naar voren.
We kletsen nu wel zo gezellig maar wat zou hij wíllen? Het gesprek gaat voort en we zijn oprecht nieuwsgierig naar elkaar. De vraag wil naar de voorgrond maar ik stel hem niet.
Na een tijdje ronden we af. Misschien gaan we elkaar weer tegenkomen. Op de valreep blijkt dat zijn familie een olijfboomgaard in Marokko heeft. We kunnen olie van elkaar proeven.
De “vraag” is niet gesteld.
En dan voel ik dat hij misschien gewoon oprecht geïnteresseerd was in mij. Mooi hè?
Photo by Hassan OUAJBIR on Unsplash