Zijn dochter heeft zijn paspoort en ticket in het tasje gedaan. Met een dikke kus, de laatste instructies en een “goede reis” hangt ze het tasje om zijn nek. Keurig volgt hij de bordjes naar gate B16. Frankfurt staat er op het bord. En hij moet naar Bologna. Een draai in zijn maag. Maar hij weet wat hij moet doen. Hij vraagt het aan de eerste de beste man in een uniform. Tegelijkertijd wordt er een gatewijziging omgeroepen. Wat een geluk! B20 is maar een paar stappen verderop.
Vanuit mijn stoel zie ik hoe hij zijn rugtas in het bagagevak probeert te doen. Als het ene hengsel erin zit schiet het andere er weer uit. De andere passagiers wachten rustig af. Uiteindelijk lukt het weten wij allemaal. Hij haalt de tas er weer uit en probeert het aan de andere kant. Een helpende hand biedt voortgang.
Hij zit naast mij! Met een “oef” ploft hij naast me. Hij ruikt ergens naar. Ik kan het niet thuisbrengen maar ik vind het niet lekker. Ik zeg goedemorgen. Hij zegt niks. Aan zijn telefoon zie ik dat hij Italiaans is.
Hij zoekt zijn seatbelt en verdenkt mij ervan dat ik hem heb verstopt. Gelukkig, hij zit erop. Zijn stoel zet hij alvast gezellig in de slaapstand.
Hij kijkt voor de zoveelste keer in het tasje dat om zijn nek hangt. Daarbij schieten zijn ellebogen onhandig tegen mijn arm. Daar kan ik wel tegen. Een paar keer dan. Ik vraag hem vriendelijk om op zijn eigen helft te blijven. Hij zegt iets en het is zeker weten geen Italiaans.
Zijn vinger gaat in zijn oor en we schudden met z’n allen net zo lang tot de kriebel weg is.
Hij slaapt. Een tevreden man. Beetje oud, beetje verfrommeld, beetje verward misschien. Aandoenlijk wel.
We krijgen een broodje en drinken. Hij klapt netjes zijn tafeltje naar beneden en eet zijn broodje. Zijn water wil hij bewaren. In zijn rugtas. Met het tafeltje nog uitgeklapt probeert hij uit zijn stoel te komen. Het lukt. Zijn spullen raapt hij zo wel weer op.
Waar was ook alweer zijn tas? Hij doet een bagagerek open. Niks. Verschrikt kijkt hij nog een paar keer in het lege vak. En dan besluit ik de rol van zijn dochter tijdelijk over te nemen. Ik trek hem vanuit mijn stoel aan zijn jasje en wijs het juiste vak aan. Maar de sluiting zit net achter het gordijn dat de business class scheidt van het volk. Samen vinden wij zijn tas. Hij kijkt mij dankbaar aan.
Geland. Hij staat op en pakt zijn rugtas. Zelf gevonden! Ik sta achter hem en hang het tasje om zijn nek.
Met alles wat ik in mij heb hoop ik dat een van zijn kinderen hem liefdevol staat op te wachten.
Photo by Brandi Redd on Unsplash
Dankje Clasine.
Mooi verhaal weer Ingrid!
Dank je Manon.
Mooi verhaal!
Dank je ida!
Wat lief van je!
Maar zo ken ik je.
Fijne tijd daar!
Groetjes uit Brabant.
Dankje Jennine
Je zou ook eens niet te hulp zijn