Merels in de tuin. Ze kwetteren er lustig op los. Het begint ‘s morgens voordat ik wakker word en het gaat door tot zonsondergang. Ik word blij van het gezang. Het belooft zomer en vrolijkheid.
Maar nu is het anders. De merels maken een kabaal van jewelste en ik kan niet anders dan van de bank afkomen en gaan kijken in de tuin.
Er zit een zwarte merel met een wat warrig verendek op de rand van mijn schutting. Hoe noem je een mannetjesmerel? Hij opent wel af en toe zijn snavel maar er komt nauwelijks geluid uit. De herrieschoppers zitten ergens anders.
En dan zie ik het.
De merel in mijn tuin is de zoon van het stelletje dat sinds een paar maanden in de boom van de buren woont. En vandaag krijgt hij vliegles.
Dat het niet meevalt en nogal eng is kan ik me goed voorstellen. Ma-merel zit op het dak van de achterburen en pa kwettert vanaf mijn eigen dak. Voor wie gaat hij kiezen? Hoe schat hij zijn kansen in?
Ondertussen zweeft er een grote zwarte kraai tussen de daken heen en weer en begin ik steeds beter te begrijpen waarom pa en ma zo’n haast maken met de lessen.
Ik moet wel blijven kijken. Wat kan ik doen als zoonlief gedoemd is om opgegeten te worden? Zo te zien niet veel. Mijn vliegen is niet veel beter dan dat merel junior en ik ben vanaf mijn positie niet indrukwekkend genoeg om het zwarte gevaar angst aan te jagen.
En dan komt er beweging vanaf de schutting. De leerling wappert en stijgt op. Eerst een stukje omhoog…. maar dan trekt de zwaartekracht hem met een griezelige boog weer omlaag. Vanaf mijn terras zwaai ik met mijn armen en roep, uiteraard zachtjes zodat niemand me hoort: “Omhóóg, omhóóg!” Nog net op tijd pakt hij thermiek genoeg om de dakgoot aan de overkant te bereiken. Piew… dat was spannend.
Moeders daalt af naar de goot en samen beklimmen ze de dakpannen. Op het hoogste punt kwettert moeder haar kind wat bemoedigends toe en vliegt de jongeman in één lijn naar zijn vader die nog op mijn dak zit te roepen.
De grote kraai heeft het al gezien; kansloze actie; dit is een snelle leerling.
Pingback: Mussen in ’t graan – En weer verder