Civitacampomarano, oktober 2020
Het is zondag 14 december 1978, de zon verlicht de pas besneeuwde bergen. De vroedvrouw probeert het huis van Mario te bereiken maar de sneeuw maakt het onmogelijk. Op die dag bevalt Maria zonder problemen van haar vierde kind. God wordt eerbiedig bedankt voor de gezonde baby en als de sneeuw weg is zal de pastoor zijn felicitaties komen brengen met een fles huisgemaakte basilicumlikeur.
De jaren verstrijken, de kinderen leren lopen en kattenkwaad uithalen. Hun wereld stopt bij de verste boerderij. Op de school naast de kerk wordt gesproken over het taalonderwijs. Moeten ze onderhand niet het Italiaans van Dante Alighieri gaan onderwijzen? De commune protesteert maar de pastoor is onverbiddelijk. Aldus geschiedt.
14 december 1998. Het dorp telt nog 674 inwoners. Het laatste kind van Mario en Maria vertrek naar de grote stad. Zijn sollicitatiebrief, in prachtig Italiaans, wordt beloond met de inschrijving aan de universiteit van Campobasso.
Civitacampomarano ligt er verlaten bij. De jeugd is vertrokken en het inwoneraantal is gedaald tot 341. Dat zijn 163 huishoudens. Vorig jaar werden er drie kinderen geboren en er gingen 8 mensen dood. Tien jonge mensen vertrokken naar elders. Mario en Maria zijn gepensioneerd.
Op de berg ligt het Castello Angionino. In de 12e eeuw leefden er stoere Normandiërs. Het is al jaren verlaten. De ophaalbrug beweegt niet meer en de slotgracht is volgestort. Je kunt het bezoeken en als je geluk hebt, Mario en Maria ontmoeten die er de rondleiding verzorgen.
Wij waren er vandaag. Het bergdorp ademt rust en geschiedenis. We lopen over de middeleeuwse keien. Op de twee marktkramen worden plastic bloemen verkocht en herdenkingskaarsen. De kerkklok roept en de mensen ontmoeten elkaar op het plein. Als de dienst begint is het dorp weer stil.
Prachtig verhaal, boeiend om te lezen
Dankje Ida. We gaan vast nog meer van dit soort dorpen bezoeken. Is erg leuk.
Wat een heerlijk verhaal weer.
Thanks Jan! Altijd leuk om reacties te krijgen!